'Een door en door bekende Bosschenaar', werd hij genoemd in een krante-artikel van 6 mei 1957. 'Een archivaris van buurtleven en volkshumor', schreef dezelfde krant drie dagen later. „De eerste sociaal bewogen maatschappelijk werker van Den Bosch”, zegt een familielid. En in de Pijp noemden de mensen hem eenvoudig 'de Gek'. Dat laatste was overigens niet onaardig bedoeld. Hij sprak met nette en 'geleerde' woorden en trachtte de bewoners van de wijk te wijzen op nette manieren. Dat vond men gek. „Als je in de Pijp kwam en je vroeg waar Jos Kappé woonde, dan wisten ze het niet. Maar als je vroeg naar 'de gek-Kappé, dan zeiden ze óh die'”, vertelt een oud-bewoner van De Pijp. Deze Jos Kappé werd ook vaak Sjef genoemd. Zijn officiële naam luidde Josephus Johannes Arnoldus Kappé. Hij werd geboren op 6 november 1891 in Den Bosch en stierf in februari in dezelfde plaats. In de tussenliggende tijd leidde hij een opmerkelijk leven. Hij was één van de vele karakteristieke figuren van de Pijp, de voormalige Bossche Volkswijk. Sjef kwam uit een artistiek milieu, vertelt zijn neef Cees Hurkens uit Den Bosch. Hij was de zoon van een andere Sjef Kappé, die enige bekendheid genoot als beeldhouwer van diverse beelden die nu op de Sint-Jan staan, kopiën van de originelen. Ook zijn broer Wim was beeldhouwer. Sjef junior bezocht de plaatselijke HBS in het begin van dze eeuw en ging na zijn diensttijd werken op het Paleis van Justitie. Tussen 1907 en 1915 schreef hij diverse stukken uit. Hurkens: „Daar werd hij geconfronteerd met klassejustitie die zo tegen zijn rechtvaardigheidsgevoel indruiste dat hij die baan opgaf. Dat was heel wat in die tijd.” SchoonschrijverHij nam dienst bij het leger en leerde bij de cavalerie naamborden en platen te schilderen. Het was de basis voor werkzaamheden die hij later in Den Bosch zou uitvoeren. Hij kreeg bekendheid als 'schoonschrijver' en maakte voor bedrijven reclameteksten op borden en ruiten. Zij typische eigen stijl was herkenbaar aan de sierlijke letters met fraaie en zwierige krullen. „Hij was daar altijd erg geconcentreerd mee bezig”, vertelt H. Bruggeman, die Kappé in zijn jeugd wel bezig zag. „Je kon van alles tegen hem roepen of hem uitschelden. Hij reageerde nooit. Soms wel eens. Ik weet nog wel dat bouwvakkers wel eens gekke dingen tegen hem riepen, zo van: 'dat woord schrijf je anders Sjef'. Dan werkte hij gewoon door en als hij klaar was, ging hij naar die persoon toe en legde hem rustig uit dat het wèl zo geschreven moest worden en waarom dat zo was.”BrievenKappé ging, ondanks zijn 'goede' afkomst, wonen in De Pijp. Meestal logeerde hij in diverse kleine logementen in de Lange Tolbrugstraat, de 'hoofdstraat' van de voormalige wijk. Daar begon hij ook zijn wijkgenoten te helpen met het schrijven van brieven aan officiële instanties en het oplossen van verschillende problemen met overheden, justitie of militaire instanties. Zo werd hij één van hen.Hij hielp inwoners met het lezen van brieven die zij toegestuurd kregen. Omdat veel inwoners niet of onvoldoende konden lezen en schrijven, kwamen ze naar Sjef. Die zat meestal aan een tafeltje in een van de vele cafeetjes. Hij placht de brieven luidkeels woord voor woord voor te lezen en waar nodig een toelichting te geven. Bekendheid kreeg hij ook door zijn activiteiten binnen de Bossche voetballerij. Hij was, samen met Jan Hootsman en Gijs van Leur, een van de oprichters van de roemruchte Bossche club BVV. Het jubileumboek, gemaakt ter ere van het 40-jarig bestaan van BVV, laat een karikatuurtekening van Kappé en zijn mede-oprichters zien, gekleed in het tenue van de club. In 1957 vierde Sjef zijn 40-jarig jubileum als schoonschrijver. In café Zoete Lieve Gerritje aan de Markt gaf hij een zeer druk bezochte receptie. De verslaggever van de krant noteerde: „Hij troonde er als een vorst, op een harde stoel achter een blank geschuurde tafel. Telkens als de deur open ging, stond hij op, schudde de hand van de bezoeker, reikte hem met een plechtig gebaar een consumptiebon aan en nam dan weer plaats op zijn stoel. Hij deed het twee uur lang, twee uur schudde hij handen en bedankte bedeesd voor de gebrachte hulde.” En even verderop: „Het jubileum van Jos Kappé was meer dan dat van een letterschilder alleen. Het was een feest en de herdenking van het toch wel afstervende Bossche volksleven.” Hij bleef altijd ongetrouwd. Zijn neef Hurkens: „De familie zei wel eens dat hij maar eens een goede vrouw moest zoeken. Maar dan zei hij: Éen net meisje wil mij niet en een sletje wil ik niet'. Daarmee was voor hem alles gezegd.” De diepgelovige Sjef ging op 70-jarige leeftijd naar het klooster van de Broeders van Dongen. Ook daar schilderde hij - ondanks zijn opgekomen reuma - letters op de kruisen van het kloosterkerkhof. Na korte tijd keerde hij echter weer terug naar Den Bosch, waar hij in februari 1969 overleed. De Pijp verloor op diezelfde dag nog een karakteristieke wijkfiguur: behalve Sjef Kappé overleed die dag ook Willem Emans, 'de Jut' van de Kikvorschen. |
Bert Damen e.a., 1906-2006 : 100 jaar BVV: Zonder verleden géén toekomst (2006) 6
A.L. Mees, W. Boelaars, H.Th. Simon en H. Foppele, Gedenkboek B.V.V. 1906-1946 (1946) 44